Slot Braeckesteyn

Adres: Ridderstraat 88 te Oosterhout.
Ontstaan: Op de plaats van het huidige huis stond in 1422 al een huis op een verder braakliggend terrein, vandaar de naam.

Geschiedenis: In 1422 is het huis een versterkte, omgrachte boerderij. Aan het begin van de achttiende eeuw bestond het huis uit twee haaks op elkaar staande vleugels. Rond 1810 werd een deel van de gracht gedempt en het poorthuis afgebroken en werd het huis uitgebreid met nog twee vleugels, waardoor een carrévorm ontstond. De bijgebouwen verrezen in 1854 op de plaats van de vroegere neerhuizing. Het huis werd in 1979 gerestaureerd.

Bewoners: In 1422 vinden we Jannes Ghijsbrechs als eerste cijnsplichtige voor Brakestein. Via diens zoon Lambrecht kwam het via zijn dochter aan Rutger van Bruheze, die het nog tijdens zijn leven doorverkocht aan Jacob van Ringelberch. In 1479 is Geertruyt, de weduwe van Thonijs van Wijffliet eigenaresse, en in 1541 blijkt het huis eigendom van Anthony Laureysz. van Hasselt en zijn zuster Henrick te zijn. De laatste was getrouwd met Jheronimus Pipenpoy, die Antony’s helft overnam. Wegens schulden bij het overlijden van Jheronimus zag diens weduwe zich genoodzaakt de helft van het goed te verkopen aan Jan Henrick Adriaen Oomen, die al een aangrenzend perceel bezat, en daardoor zijn bezit daar uitbreidde. De weduwe Pipenpoy behield het huis echter voor zichzelf. In 1552 verkocht zij het huis aan ridder Jan van Brecht.
Anthony de la Ruelle wordt de volgende eigenaar. Dochter Isabella en haar echtgenoot Jan van den Berghe kopen na het overlijden van hun moeder het huis van de andere erven. Na 1588 blijken de bezittingen in handen van Cornelis Joosten; en in 1626 is Pieter Pels Artuszoon eigenaar, die het in 1637 verkoopt aan Jacques Willeboirts. In 1679 verkoopt diens weduwe het huis aan Philippe Guerrie, majoor in het regiment van de graaf van Barloi. In 1754 wordt de bezitting verkocht aan Theodorus Ruysenaars. Luitenant-kolonel L.B. de Casembroot-Emants wordt in 1775 de gelukkige bezitter van Brakestein. Diens weduwe verkocht het huis in 1784. Jacoba Suzanne de Vries kocht het huis in 1784. De weduwe Hallungius- de Vries kocht in 1798 het van het goed vervreemde land weer terug, en diens zoon Jan wist de hand te leggen op nog een stuk land dat vroeger bij Brakestein hoorde.
In 1818 kocht hij ook het slot Spijtenburg, sloopte het en voegde de grond toe aan het park van Brakestein. Jans weduwe verkoopt in 1835 het goed aan Charles Hyacinth Willem Jan, baron van Oldeneel tot Oldenzeel, wiens familie het tot ver in de twintigste eeuw in bezit hield.

Huidige doeleinden: In het hoofdgebouw bevindt zich een kantoor en in het koetshuis is een restaurant gevestigd.
Toegankelijkheid: Het huis zelf is niet te bezichtigen, maar vanaf de weg goed te zien.

Overzicht